donderdag 20 december 2007

Roodborstje

Gisterenavond wilde ik een paar landschapsfoto's maken met het mooie licht van de lage winterzon. Ik trok dus voor een uurtje de natuur in waar mijn aandacht al snel naar de vogeltjes getrokken werd, die in de kou zo ijverig op zoek waren naar voedsel. Die landschapsfoto's heb ik dan maar gelaten voor wat ze zijn - of dus voor wat ze niet geworden zijn.

Het was een leerzaam uurtje. Wat me nu weer meteen opviel, was dat vogels besluipen totaal zinloos is. De beestjes horen en zien je al aankomen van 100en meters ver. Het maakt niet uit hoeveel moeite je doet om te sluipen: je maakt er jezelf alleen maar belachelijk mee.

Als ik foto's wil maken, ben ik helemaal geconcentreerd op wat ik zie. Da's ergens wel logisch; ik wil immers beelden vastleggen. Om vogels te vinden, kan je echter veel beter afgaan op je gehoor. Wanneer je je goed concentreert op je gehoor, kan je bijna exact zeggen waar er eentje zit.

De lage winterzon geeft misschien wel mooi licht, maar helaas ook weinig licht. In zulke omstandigheden - en zeker als je bovendien nog uit de hand fotografeert - is het handig om eerst de lichtmeting te doen en vervolgens ISO-gevoeligheid, sluitertijd en diafragma in manuele modus in te stellen. Op die manier voorkom je dat je lichtmeter net op het moment dat je afduwt beslist om toch maar wat langer te belichten, waardoor je foto klaar is voor de vuilbak door bewegingsonscherpte. Met een (licht) onderbelichte foto valt nog iets te doen, met een bewogen foto niet.

Buiten weer een beetje meer ervaring, heeft het uurtje in de bosrand rondcrossen wel niet veel opgebracht. Doordat de zon ondertussen bijna onder was, had ik al moeten terugvallen op ISO1600 om nog een redelijke sluitertijd te krijgen bij F/11 - de diafragma-opening waarop mijn lens het scherpst presteert. Tijd om naar huis te gaan dus.

Toen ik onderweg naar huis in een bui van liefdadigheid een boom van warm water aan het voorzien was, gebeurde het. Op nog geen meter van mij streek er een roodborstje neer. Ik uitte spontaan de volgende woorden: "Gij klootzak! NU komt ge wel zo vlak bij mij zitten." Het kleine beestje had blijkbaar een olifantenvel: in plaats van na zulke belediging weg te vliegen, keek het me even aan en huppelde dan rustig rond mij. Ik dacht, "ok dan", en SCRAAAAATCH - mijn fototas sluit met 2 gigantische velcro's - het roodborstje bleef nog altijd rustig zitten, zelfs na een minuutje prutsen met mijn fototoestel: ISO1600 ok, 1/300 voor 300mm ok, F/11 voor beste scherpte ok. Het roodborstje leek wel gewend te raken aan mijn aanwezigheid. Het bleef korte blikken in mijn richting afwisselen met een klein sprongetje. Zo kon ik een hele reeks foto's maken. Manueel scherpgesteld want het was in de schaduw al veel te donker geworden voor de autofocus. Het resultaat waren allemaal haarscherpe foto's, maar heel veel ruis: enerzijds omdat ik in ISO1600 werkte en anderzijds omdat de foto's door het weinige licht heel onderbelicht waren. Alle informatie zat in de onderste stop van het histogram. En dat is de minst optimale situatie. Voor het kleine formaat waarin foto's in deze blog weergegeven worden, waren ze nog net bruikbaar. Dit is het resultaat na wat digitaal opwaardeer werk.


Ik heb dus ook geleerd dat om vogels goed in beeld te krijgen je echt heel dicht moet raken. Deze foto is genomen met een 200mm lens waarbij het vogeltje op ongeveer 1.5 meter van mij zat.

Hoewel ik de sluitertijd al verlengd had tot 1/80 - wat eigenlijk te lang is om te werken op 200mm - was het toch beter geweest om ook het diafragma verder te openen. Door een beetje aan scherpte in te boeten door van F/11 af te wijken, had ik hier toch zeker 2 stops kunnen winnen en toch nog voldoende scherptediepte overgehouden. Volgende keer beter. :-)

Geen opmerkingen: